26 november 2011

Arcade Fire - Funeral


Funeral
Op dit moment verlaat ik het ideaal van Kofferbaque om niet al te bekende bands aan het licht te brengen. Ik ga het hier hebben over het grote Arcade Fire. Met hun steengoede album Funeral, die als een brandende pilaar boven een duistere mist van hedendaagse muziek woekert, terwijl de extatische stem van Win Butler over het landschap galmt.

Ik wilde de ontzaglijke ervaring die je hebt tijdens het luisteren van Funeral altijd al graag op papier zetten en ik zal nu eens een poging gaan wagen. Ik neem je mee in een wandeling door het album heen maar behandel niet alle nummers. Het centrale kenmerk van het album wordt belicht, de rest is een geheim die je zelf dient te ontrafelen. Oké, laten we beginnen.

Recensie
Je loopt door je rommelige woonkamer met de stoffige ramen. In de hoek leest een bebrilde huisgenoot een kwaliteitskrant en rookt een pijp. De rook siert door de woonkamer heen terwijl jij je bruine LP uit de kast pakt waarop een hand met een sierlijke veer is afgebeeld. "Arcade Fire" staat er op, meer niet. Je legt de naald op het vinyl en loopt naar de drankentafel. Je schenkt jezelf een glas whisky, cognac of jenever in. Het geknetter van het vinyl luidt het eerste nummer in, van een reeks Arcade Fire, die je de komende maanden nogal een verslaving gaan opleveren. Je hoort de pianonoten van "Neighborhood #1 (Tunnels)" en het feest mag beginnen.

Het eerste nummer van het album (Neighborhood #1 (Tunnels)) laat direct zien wat de kracht van Arcade Fire wel niet kan zijn. De stem van Win Butler (zanger/gitarist) is niet te plaatsen. Wat moet je met zo’n stem? Mooi vinden? Stoer, melancholisch, zuiver, zacht, hard, ruig? Ik weet het eerlijk waar nog steeds niet. Het zweept mijn hele binnenste op - alsof de organen uit mijn buik getrokken worden. Op een fijne manier, dat wel. Het ritme houdt altijd aan waardoor je been het op een gegeven moment niet meer kan bijhouden. De uithalen galmen door de kamer, het wordt steeds harder, steeds sneller. Je zweeft bijna; je hebt eigenlijk zin zelf keihard te zingen en net voordat je van plan bent jezelf voor het blok te zetten is het nummer af: zozo, dat was de moeite waard te luisteren.



Het album raast door met het nummer "Neighborhood #2 (Laika)". Dit nummer mengt zich in een soortgelijke stijl als het eerste nummer. Laika slaat overigens, volgens recessenten, op een hondje dat door de Russen naar de ruimte is gestuurd. In feite is het een testdier. Dit nummer bouwt zich zoals het vorige steeds harder uit en eindigt, zoals veel nummers van Arcade Fire, met een samenzang tussen Win Butler en Régine Chassagne (die overigens de vrouw is van Win Butler). De Franse kant van Chassagne uit zich in het volgende nummer, die "Une Année Sans Lumiere" heet. Letterlijk vertaald betekent dit: een jaar zonder licht. Het nummer geeft je wat rust maar zoals vaak bij Arcade Fire komt er een omslag. Ook nu wordt het nummer radicaal omgegooid en eindigt het weer in het energieke, ritmische, galmende Arcade Fire die je uit de eerste twee nummers kent.

Meteen, keihard erachteraan, geeft het nummer "Neighborhood #3 (Power Out)" je een klap. Het slaat hard in, wat je een frons op het gezicht oplevert. De bebrilde huisgenoot komt onder de rookwolk en de krant uit en complimenteert je op je muzieksmaak. Weer het echte Arcade Fire- effect - wat je extase en energie oplevert. Vervolgd door het nummer "Neighborhood #4 (7 Kettles)". In dit nummer haal je even heel diep adem, veeg je een traan weg, geniet je van de mist die buiten hangt en voel je de whisky op je inwerken. Je voelt je voldaan en zeer op je gemak. De nummers "Crown of Love" en "Wake Up" brengen je weer in de centrale sfeer van het album. Deze is het ontbinden van je ketenen. Zoals Jim Morrison dat deed door een zogenaamde "Dionysus" uit te hangen, zo doet Arcade Fire dat met een zeldzaam goede opbouw, omslag en hoge, vibrerende uithalen van Win Butler.

Het album gaat verder met het nummer "Haïti", welke mede door de naam een soort warm en tropisch gevoel bij me oplevert. Het fijne nummer dooft langzaam uit maar blijft een klein beetje aanbranden. De brand slaat over in het volgende nummer wat "Rebellion (Lies)" heet. Dit zou nog wel eens een van de bekendste nummers van Arcade Fire kunnen zijn en daar is geen verbazing bij gepast. Het nummer heeft een zeer pakkend basloopje wat meteen bepaalt hoe je door de kamer beweegt. Ook hier, weer slaagt Arcade Fire erin je in een soort roes te plaatsen waarin je eerst een soort emotie voelt. Naarmate het nummer vordert wordt die emotie steeds sterker en sterker en barst het uit in tempo, volume en een prachtig einde met samenzang tussen alle bandleden. Metaforisch kun je het misschien vergelijken met een emotie-uitbarsting: je voelt sentimenten, waarna deze er zeer hard uitkomen in een schreeuwbui omdat niemand je begrijpt, gevolgd door de rust en troost die je daarna krijgt.

Het album eindigt met "In The Backseat". Je geeft het stokje door naar achter, drinkt het laatste slokje uit je glas. De bebrilde huisgenoot slaat zijn krant dicht, zet zijn bril af en klopt zijn pijp uit. Buiten raast een tram, de wind beukt tegen de ramen en het lijkt alsof de stem van Win Butler nog steeds vanaf de daken geschreeuwd wordt. Wat een leven denk je, wat een wereld dit, wat een andere waarneming opeens. Je herinnert je dat je in een woonkamer staat, dat je nog wat hoofdstukken moet lezen, dat je afgesproken hebt vandaag. Alles is opeens onbekend en raadselachtig. De wereld is anders beschreven…
Geschreven door Eduard Reus. Onze dank!
Cijfer (9,0/10)